Doelen
GO!
WO - Ruimte
De kleuters
3.5.9. 5 kunnen onder begeleiding op de stoep stappen zonder zichzelf of anderen in gevaar te brengen.
OVSG
WO – Verkeer
De kleuters
1 kunnen zich bewegen binnen een afgebakende ruimte zoals de opdracht voorschrijft.
3 beseffen dat het verkeer risico’s inhoudt. Dit tonen ze door
- 3.1 op het trottoir zo ver mogelijk van de rijbaan te stappen;
- 3.2 bij de groep aan te sluiten;
- 3.3 niet bruusk te reageren.
4 kunnen als voetganger onder begeleiding elementaire verkeersregels toepassen zoals
- 4.1 op het trottoir blijven.
ZILL
Ontwikkeling van oriëntatie op de wereld – oriëntatie op ruimte
7 Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten.
- Zich ervan bewust worden dat het verkeer risico’s inhoudt en daarom als weggebruiker preventief kiezen voor een veilige uitrusting en veilig gedrag in het verkeer.
- In de eigen omgeving plaatsen herkennen waar men veilig kan spelen en waar niet.
- zich er (onder begeleiding) veilig gedragen.