Doorloop deze stappen om Het Grote Fietsexamen te organiseren:

1. Prik een datum

Je kan Het Grote Fietsexamen organiseren op een datum naar keuze. Zorg er wel voor dat je voldoende geoefend hebt.
TIP: in de lente is het vaak aangenamer fietsen dan in de winter ;-).

2. Schrijf je klas in en ontvang je pakket

Inschrijven kan van 1 september 2024 tot 1 juni 2025.

Kies je school uit de lijst (TIP: zoek op straatnaam), vul je contactgegevens in, het aantal deelnemers en de datum van het fietsexamen. De examendatum is belangrijk. Op basis van die datum zal je enkele informatieve mails ontvangen. Als de datum mocht veranderen, kan je dat best laten weten via verkeersbrevetten@vsv.be. Je kan kiezen voor digitale fietsbrevetten (invullen op de website en printen) of voorgedrukte brevetten (opgestuurd naar de school en schriftelijk invullen). 

Na je inschrijving ontvang je een bevestigingsmail en versturen we je pakket, als je daarvoor koos. In een pakket zitten een klasaffiche, 30 fietscontrolekaarten, 30 flyers voor de ouders, 30 reflecterende fietsstickertjes voor de leerlingen, en (desgewenst) 30 Fietsbrevetten Goud. Koos je voor digitale brevetten, dan kan je de namen van je leerlingen al ingeven via de knop 'Maak brevetten' op de website.

3. Leg het parcours vast

Stippel een parcours uit waarin minstens deze 5 vaardigheden zijn opgenomen: 

  1. Rechts op de rijbaan fietsen
  2. Rechts afslaan
  3. Links afslaan
  4. Langs een hindernis fietsen
  5. Voorrang verlenen

Hou rekening met de volgende zaken:

  • De start en aankomst van de route zijn bij voorkeur op school. Zo garandeer je de wachtende leerlingen een
    veilige omgeving.
  • Kies een omgeving die voor hen relevant is, dus geen doodlopende straat of wijk.
  • Een traject van 3 tot 5 kilometer volstaat meestal.

TIP: Is er in de schoolomgeving een verkeerslicht, een fietsoversteekplaats, een rotonde of een spooroverweg, neem die dan zeker op als extra vaardigheden in het fietsexamen. Onder 'Lesmateriaal' vind je bijkomende oefeningen en controlefiches. 

TIP: wil je hulp bij het uitstippelen van een fietsparcours, vraag raad aan de VSV (zie 'Ondersteuning') of aan de lokale politie! Je kan het gemeentebestuur ook vragen om een permanente bewegwijzering. Op die manier kunnen kinderen en ouders het hele jaar door oefenen.

4. Bereid je leerlingen voor met de fietsquiz of filmpjes

Zorg dat je leerlingen goed voorbereid zijn. Organiseer een klassikaal moment waarbij je samen het opzet van het fietsexamen overloopt.

  • Gebruik daarvoor de klasposter die in het pakket zit.
  • Toon het introductiefilmpje en/of het filmpje over de vaardigheden zodat de leerlingen zich een beeld kunnen vormen van wat er van hen verwacht wordt. Het doel van het fietsexamen is om te testen of leerlingen bekwaam zijn om individueel als fietser deel te nemen aan het verkeer.
  • Speel de voorbereidende fietsquiz om de verkeersregels voor fietsers op te frissen.

5. Oefen de vaardigheden

Oefen de vaardigheden en het parcours in met je leerlingen.

6. Maak het examen bekend en zoek controleurs

Breng de ouders op de hoogte van Het Grote Fietsexamen en geef hen de flyer mee uit het pakket. Bezorg de route ook op papier/via e-mail aan de ouders, zo kunnen zij oefenen met de kinderen. 

Voor elk punt op het parcours waar een vaardigheid gecontroleerd moet worden, heb je een controleur nodig. Maak al afspraken met ouders, politie of helpers van OKRA, KWB, school,.... 

7. Organiseer een fietscontrole

De fiets zelf is een cruciaal onderdeel van het fietsexamen. Elke leerling moet met een veilige fiets rijden. In het pakket vind je 30 fietscontrolekaarten die je kan gebruiken tijdens de fietscontrole. Geef nadien de controlekaarten mee met de kinderen zodat de ouders de fiets van hun kind in orde kunnen brengen.

TIP: bestel het gratis Pakket Fietscontrole. Hierin vind je naast extra fietscontrolekaarten ook heel wat leuk materiaal om er een les over te geven.

8. Overloop het parcours met je leerlingen

Het is ideaal om de bewegwijzering een week voor het fietsexamen al te plaatsen. Zo kunnen de ouders met hun kind de route al eens oefenen (op de website kan je wegwijzers downloaden). 

Maak de volgende afspraken met de leerlingen:

  • Zowel tijdens het trainen als tijdens het fietsexamen draag je steeds een fluohesje en een fietshelm.
  • Je mag tijdens het examen niemand voorbijsteken. Kom je te dicht in de buurt van de leerling die voor jou vertrokken is, vertraag dan.
  •  Je wordt tijdens het examen niet alleen beoordeeld op de vaardigheden, maar ook op je algemeen verkeersgedrag. Breng jezelf en anderen dus nooit in gevaar!

9. Het Grote Fietsexamen

  • Op elk punt waar een vaardigheid getest wordt, moet een controleur staan. Spreek een half uur voor de start van het fietsexamen af met de controleurs om hen te briefen. Elke controleur krijgt een controlefiche waarop hij alle leerlingen voor deze vaardigheid kan beoordelen. Dit doet hij door een kruisje te zetten op de controlefiche wanneer er een fout gemaakt wordt. Elke controleur draagt een fluohesje. In een map geef je ze alle informatie en materiaal mee:
    • een plattegrond met de exacte locatie van hun controleplaats
    • een klembord met de controlefiche 
    • schrijfgerief
    • een telefoon/noodnummer
    • Eventueel een drankje, wafel, appel...
  • De leerlingen dragen tijdens het examen een genummerd fluohesje. Op onze website kan je de nummers downloaden, printen en aan het fluohesje of op de voorkant van de fiets hangen. De nummers van de leerlingen moeten overeenkomen met de nummers op de controlefiche. 
  • Doe net voor het examen nog een laatste controletocht. Je kijkt na of alle controleurs ter plaatse zijn, op de juiste plaats staan en of er geen bewegwijzering ontbreekt. 
  • Laat de leerlingen in volgorde vertrekken met een tussentijd van 2 minuten.

TIP: Geraak je niet aan genoeg controleurs? Dan kan je je leerlingen één voor één het parcours laten afleggen en er iemand laten achter rijden. Op die manier heb je minder helpers nodig.

10. Beoordeel de leerlingen

Laat de beoordeling bij voorkeur onmiddellijk na het examen volgen. Zit samen met alle helpers. Leg de verschillende controlefiches samen, bespreek ze en beslis samen over het eindresultaat.

Er zijn 2 voorwaarden waaraan de leerlingen moeten voldoen om te slagen:

  1. Leerlingen moeten 5 op 5 behalen op de vaardigheden om te slagen voor Het Grote Fietsexamen. Een vaardigheid bestaat uit meerdere deelvaardigheden. Het zou kunnen dat de leerling tijdens een deelvaardigheid iets vergeet of niet helemaal correct uitvoert. In dat geval kan hij toch nog slagen voor de hele vaardigheid.
  2. Het algemene verkeersgedrag van de leerlingen moet in orde zijn om te kunnen slagen. Wie zichzelf of anderen niet in gevaar heeft gebracht, slaagt voor de globale fietsvaardigheid.

Enkele voorbeelden:

  • Geslaagd: een leerling vergeet zijn arm uit te steken bij het rechts afslaan. De andere deelvaardigheden voert hij wel correct uit en hij heeft niemand in gevaar gebracht. Dan kan je er voor kiezen om de leerling toch te laten slagen.
  • Niet geslaagd: een leerling slaagt voor alle vaardigheden, maar heeft zichzelf en/of anderen in gevaar gebracht door bijvoorbeeld zonder handen te fietsen. Hij zal dan niet slagen omwille van zijn algemeen verkeersgedrag.

Als je extra vaardigheden test, bepaal dan zelf hoe zwaar ze doorwegen bij de eindbeoordeling. Wees vooral correct in de beoordeling en leg de lat niet te laag. Een leerling laten slagen voor Het Grote Fietsexamen terwijl hij eigenlijk niet klaar is om het verkeer zelfstandig te trotseren, is een verkeerd signaal geven aan het kind en de ouders. 

11. Maak de Fietsbrevetten Goud

Vul de Fietsbrevetten Goud in (online of handmatig) en print ze uit. Het Grote Fietsexamen is zo opgesteld dat ieder kind beloond wordt voor zijn inspanning, geslaagd of niet geslaagd. Daarom krijgt elke leerling een brevet en een bijhorende reflecterende sticker om bijvoorbeeld op hun fiets te kleven.

Op het brevet kan je per leerling opmerkingen schrijven. Geef zeker per leerling aan welke vaardigheden nog bijzondere aandacht verdienen. De feedback die je geeft is een pak meer waard dan 'geslaagd' of 'niet geslaagd'. 
Let op: als je opmerkingen noteert bij de digitale brevetten, print dan dubbelzijdig. En zet bij àlle brevetten een opmerking, al was het maar 'Proficiat, je legde een foutloos parcours af!'.

Deel de fietsbrevetten en stickers best zo snel mogelijk uit na het examen. Zo weten de leerlingen nog goed wat de verschillende vaardigheden precies waren en kunnen ze nog terugblikken op hun prestatie. Het is ook heel prettig voor de leerlingen als je hier een plechtig momentje van maakt samen met bijvoorbeeld de directie.

12. Evalueer

Laat de leerlingen (als je dat wil) een zelfevaluatie invullen (ook bij 'Lesmateriaal'). Je geeft die evaluatie mee na Het Grote Fietsexamen en voor het uitdelen van de brevetten.

De dag na het fietsexamen ontvang je een e-mail met een korte evaluatie waarin we vragen hoeveel leerlingen geslaagd zijn.