Doelen: Lesfiche: Delen van de rijbaan
- Fietssuggestiestrook, parkeerstrook en bushalte herkennen als delen van de openbare weg voor voetgangers en fietsers
Minimumdoelen
1.1.1 De leerlingen kunnen woorden lezen met behulp van inzicht in de morfologische opbouw.
1.1.5 De leerlingen kunnen expliciet vermelde informatie in teksten weergeven.
1.1.6 De leerlingen kunnen informatie uit een tekst combineren om tot een logische conclusie te komen.
1.1.7 De leerlingen kunnen verbanden leggen tussen teksten en hun vakspecifieke kennis en voorkennis.
1.2.9 De leerlingen kunnen kernwoorden, schema's of eenvoudige lijstjes noteren om teksten of mondelinge informatie uit vakdisciplines te onthouden of te ordenen.
1.3.14 De leerlingen kunnen doelgericht deelnemen aan mondelinge interactievormen zoals dialoog, discussie en groepsgesprek en hierbij de volgende interactiestrategieën toepassen:
- inspelen op de inbreng van de gesprekspartner(s);
- informatie, argument of mening in het gesprek inbrengen.
4.2.5 De leerlingen kennen de volgende begrippen met betrekking tot infrastructuur en hun interactie met landschappen:
- het wonen: het rijhuis, het vrijstaand huis, het appartementsgebouw, stedelijk, landelijk, de stad;
- de transportinfrastructuur: de snelweg, het kanaal, de (lucht)haven;
9.1.4 De leerlingen kunnen zich als voetganger en fietser op de openbare weg onder begeleiding verplaatsen en de verkeersregels en signalisaties naleven.
ZILL-DOELEN
OWru7
Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten.
GO!-DOELEN
3.5.9.29
Aangeven dat ze rechts op de rijbaan moeten fietsen als er geen fietspad is.
3.5.9.33
Aangeven dat passagiers van een bus of tram bij het uit- of instappen voorrang hebben.
3.5.9.34
Aangeven dat een bus, die de bushalte verlaat, voorrang heeft.
OVSG-DOELEN
IDW ver1 - B.11 De verkeersregels voor fietsers en voetgangers kennen om zich zelfstandig en veilig te kunnen verplaatsen langs een voor hen vertrouwde route.
IDW ver1 - B.14 De verkeersregels voor fietsers in uiteenlopende situaties verwoorden.
IDW ver1 - B.16 Langs een voor hen vertrouwde route de verkeerstekens, -borden en -regels zelfstandig naleven.
IDW ver2 - B.9 De betekenis van verkeersinrichtingselementen in de eigen omgeving, zoals verkeersborden en markeringen, verwoorden en ernaar handelen.