Doelen: Lesfiche: Op stap met het openbaar vervoer
- Beseffen dat storend gedrag als passagier een bestuurder afleidt en de veiligheid in het gedrang brengt.
Minimumdoelen
6.4.2 De leerlingen kunnen zich inleven in een personage en de rol vasthouden.
6.4.3 De leerlingen kunnen lichaamstaal gebruiken.
6.4.4 De leerlingen kunnen zich richten naar en rekening houden met het publiek tijdens het spelen.
6.4.5 De leerlingen kunnen op het juiste moment inspelen op de ander.
ZILL-DOELEN
IVgv2
Gezonde en ongezonde, veilige en onveilige omgevingen en gedragingen in verband brengen met wat men weet over het functioneren van het eigen lichaam.
IVgv3
Bereid zijn steun te vragen en/of te geven om de eigen gezondheid en veiligheid, en die van anderen te bewaken.
OWru7
Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten.
SErv1
Zich engageren in relaties, daar deugd aan beleven en zich daarover uitdrukken.
GO!-DOELEN
3.1.3.27
Aandacht hebben voor de onuitgesproken regels die de interacties binnen een groep typeren en bereid zijn er rekening mee te houden.
3.2.7.16
Illustreren met een eigen voorbeeld dat het nemen van voorzorgen de kans op ongevallen vermindert.
3.5.9.22
Onder toezicht met het openbaar vervoer/schoolbus meerijden zonder zichzelf en anderen in gevaar te brengen.
3.5.9.46
In de eigen omgeving plaatsen herkennen waar ze veilig kunnen spelen en waar niet.
3.5.9.47
In de eigen omgeving gevaarlijke verkeerssituaties herkennen en veilige oplossingen aangeven voor het probleem.
6.1.2.2
Zijn bereid om een sfeer van rust te creëren.
OVSG-DOELEN
IDW ver1 - B.3 In de omgeving plaatsen herkennen die verkeersveilig zijn om te spelen.
IDW ver2 - B.1 Beseffen dat het verkeer risico's inhoudt.
IDW ver2 - B.3 Veilig meerijden met de fiets, de auto, de bus en de trein.
IDW ver2 - B.4 Hun gedrag aanpassen aan de verkeerssituatie en erover reflecteren