• Als voetganger een veilige plaats kiezen op de stoep als er een groot voertuig op de rijbaan staat (ter hoogte van de stuurcabine aan de huizenkant).
  • Beseffen dat ze, vooraleer ze de rijbaan oversteken, als voetganger rechtstreeks oogcontact moeten maken met een bestuurder die wil afslaan.

Minimumdoelen

9.1.4  De leerlingen kunnen zich als voetganger en fietser op de openbare weg onder begeleiding verplaatsen en de verkeersregels en signalisaties naleven.

9.1.5 De leerlingen kunnen als voetganger en fietser anticiperen op risicovolle situaties in het verkeer:

  • de dode hoek.

ZILL-DOELEN

IVzv3

Erop gericht zijn het zelfsturend functioneren te verhogen - zelfstandig kunnen functioneren.

IVds1

Een handeling, gebeurtenis of actie vanuit de eigen invalshoek beschrijven - deze beschrijving vergelijken met de beschrijving vanuit een andere invalshoek.

OWru2

Suggesties geven voor het inrichten van de eigen omgeving in functie van vooropgestelde doelen - daarbij rekening houden met aspecten zoals nabijheid, veiligheid, bereikbaarheid en comfort.

OWru7

Bij eigen verplaatsingen anticiperen op mogelijk gevaar en hindernissen - rekening houden met andere weggebruikers en er op inspelen.

MZrt1

Verschillende objecten ten opzichte van elkaar en ten opzichte van zichzelf een plaats geven.

MZrt2

De eigen bewegingen aanpassen aan statische en dynamische objecten door af te remmen, te stoppen, te vertragen, te versnellen en/of door van richting te veranderen, al dan niet met een voorwerp.

MZrt3

Strategisch positie kiezen in functie van de afstand tot lijnen, objecten, personen of in functie van de eigen mogelijkheden.

GO!-DOELEN

3.2.7.16

Illustreren met een eigen voorbeeld dat het nemen van voorzorgen de kans op ongevallen vermindert.

3.5.9.13

Onder toezicht, zelfstandig en veilig een straat met of zonder voorzieningen oversteken.

3.5.9.14

Onder toezicht, zelfstandig en veilig een kruispunt met verkeerslichten en/of een agent oversteken.

3.5.9.17

Onder toezicht, zelfstandig en veilig een T-kruispunt zonder voorzieningen oversteken.

3.5.9.18

Onder toezicht, zelfstandig en veilig een kruispunt zonder voorzieningen oversteken.

3.5.9.19

Onder toezicht zich als voetganger zelfstandig, veilig en hoffelijk verplaatsen op een voor hen vertrouwde route door de verkeersregels toe te passen.

3.5.9.54

Aangeven dat het veilig is om kort oogcontact te maken met de andere weggebruikers.

3.5.9.55

Rekening houden met de dode hoek van wagens of vrachtwagens.

6.1.1.16

Gebruiken spontaan beweging als expressie- en communicatiemiddel.

OVSG-DOELEN

IDW ver1/ver2 - A.86 Veilig verkeersgedrag vertonen als deelnemer aan het verkeer.

IDW ver1 - B.4 Bij het stappen op de stoep zo ver mogelijk van de straat wegblijven.

IDW ver1 - B.11 De verkeersregels voor fietsers en voetgangers kennen om zich zelfstandig en veilig te kunnen verplaatsen langs een voor hen vertrouwde route.

IDW ver2 - B.1 Beseffen dat het verkeer risico's inhoudt.

IDW ver2 - B.4 Hun gedrag aanpassen aan de verkeerssituatie en erover reflecteren.

IDW ver2 - B.5 Gevaarlijke verkeerssituaties in de schoolomgeving in beeld lokaliseren.

IDW ver2 - B.7 Bereidheid tonen in hun gedrag om rekening te houden met andere weggebruikers.