Doelen
GO!
LO – Zelfconcept en sociaal functioneren
De kleuters
6.1.1. 5 verleggen hun behendigheidsgrens.
6.1.1. 10 volgen binnen een eenvoudige spelvorm één tot twee spelregels op.
LO – Oplossen van bewegingsproblemen
De kleuters
6.2.2. 2 geven een gepast bewegingsantwoord op eenvoudige speltaken, bewegingsopdrachten, afspraken en regels.
LO – Psychomotoriek
De kleuters
6.2.3. 16 nemen met meerdere een plaats in en houden daarbij rekening met de ruimtelijke begrenzingen.
6.2.3. 23 stoppen, richten en wijzigen de eigen bewegingsbaan afhankelijk van vaste en bewegende voorwerpen en/of andere leerlingen.
OVSG
WO – Verkeer
De kleuters
1 kunnen zich voortbewegen binnen een afgebakende ruimte zoals de opdracht voorschrijft.
LO – ontwikkelingslijn 1
De kleuters
9 kunnen met een vooraf afgesproken antwoord reageren op een auditief, visueel of tactiel signaal.
ZILL
Motorische en zintuiglijke ontwikkeling - Zintuiglijke ontwikkeling
2 Adequaat reageren op zintuiglijke impulsen.
- Uit een veelheid van prikkels die prikkels selecteren die er op dat moment toe doen - gericht aandacht geven aan die prikkels en er al dan niet op reageren.
Motorische en zintuiglijke ontwikkeling - Lichaams- en bewegingsperceptie
7 Bewegingen gelijktijdig, opeenvolgend en afwisselend uitvoeren.
- Bewegingen aan elkaar schakelen tot een nieuw bewegingsgeheel.
Motorische en zintuiglijke ontwikkeling – Grootmotorische ontwikkeling
9 Voldoende basisvaardigheden beheersen om een bewegingsspel te spelen en daarbij eenvoudige spelideeën kunnen toepassen en slim spelen.
- Ontdekkend samen spelen - binnen een spelidee komen tot eenvoudig strategisch handelen - samen met anderen spelregels afspreken, plannen maken en uitvoeren - geduldig zijn en zijn beurt kunnen afwachten - positief omgaan met winst en verlies.